Nieuws
Nieuws
Alex Roeka genomineerd voor Edison
maandag, 16 februari 2009
Met zijn prachtige nieuwe CD BEET VAN LIEFDE is Alex Roeka genomineerd voor een Edison in de categorie 'kleinkunst'. De Edisons worden op 22 maart uitgereikt in het Rotterdamse Beurs-World Trade Center. In de stad vindt tegelijkertijd voor het eerst het publieks evenement Edison Festival plaats. Op drie podia is, naast een groot aantal bekende Nederlandse artiesten, vooral veel talent te zien en te horen. Ook Alex Roeka zal hier optreden.Volkskrant …”Toch overschrijden Roeka’s hartenkreten niet de grens van het exhibitionistische. Hij hangt tussen Dylan en Leonard Cohen in. De muzikale frivoliteiten zijn vrijwel helemaal uitgebannen. Blijft over een ijzersterke impressie van een gekwelde ziel in vele tinten grijs.”
Oor...Van ingetogen tot uitbundig, chanson tot potige rock, van Brel tot Waits. En alles daar tussenin. Daarnaast toont de rusteloze ex-matroos zich nog steeds een bezield woordkunstenaar.”…
Parool...…”maar dat de liefde hem te pakken kreeg wil gelukkig niet zeggen dat de poète maudit van de Nederlandse kleinkunst ineens een euforisch lachebekje is geworden. In achttien liedjes komt alles aan bod. De extase van ‘wat hou ik van die vrouw’, de groezelige geneugten van het overspel in ‘kamer 142’, de angst om gekwetst te worden in de prachtige Breliaanse ballade ‘wil je voorzichtig zijn’ of de wrakstukken van het geluk in ‘liefdeslied voor mijn ex-vrouw’.”De dichterlijke teksten zijn er nog, net als de rauw fluisterende stem en de fraaie arrangementen. En dat in ‘Beet van Liefde’ soms ook de zon schijnt, werpt eigenlijk alleen maar een fris, nieuw licht op Roeka’s grote talent.”
Mania (Luistertrip)...… “Een wat andere sfeer dan we van hem gewend zijn, lichter in zekere zin, met misschien nog wel meer dichterlijke inhoud. Het persoonlijke universeel maken en toch door bloemrijk taalgebruik multi-interpretabel muzikaal schoonschrift laten ontstaan, zodat het oorspronkelijke gevoel van jou blijft. Dat kunnen alleen de hele groten, zou Jeroen van Merwijk zeggen.”