TripAroundTheWorld

2012 was een stormachtig jaar voor de jonge Frans-Amerikaanse zangeres Maïa Vidal. Haar debuutalbum God Is My Bike werd zeer goed ontvangen en ze kreeg de kans om te touren door Europa, Zuid-Amerika, Japan en de VS. De clip van haar eerste single Follow Me werd genomineerd voor Best Pop Video bij de UK MTV Awards en nam het op tegen o.a. Justice en Lana Del Rey. Ze werd het lievelingetje van veel recensenten met haar dromerige, rare, zoete, soms ietwat duistere folk/pop liedjes. Nu, amper een jaar later, komt ze met haar nieuwe album Spaces: een album dat haar ontwikkeling van de afgelopen tijd goed weergeeft. Het jaar ‘on the road’ bracht naar eigen zeggen veel teweeg bij de jonge zangeres, en dit valt goed terug te horen in de gelaagde arrangementen en mooie teksten op deze nieuwe plaat. Het rauwe randje dat op ’t vorige album soms al in de achtergrond sluimerde is nu prominenter aanwezig (luister naar nummers als Disaster Body, Bright en Snow in the Summer) en tegelijkertijd behoudt de plaat het gevoel van nostalgie en algemene verwondering; een gevoel dat ze prachtig tot uiting brengt in breekbare liedjes als Spaces, The Big Shift & Wander. Ze schreef alle liedjes tijdens het reizen, dus in vliegtuigen, tourbussen, in auto’s & op de fiets. Het opnameproces van Spaces duurde zeven maanden, tussen de internationale tours in. De plaat is mede geproduceerd door Giuliano Cobelli (werkte ook mee aan haar debuutalbum) en samen met hem ontdekte Maia nieuwe, creatieve manieren van opnemen om uiteindelijk tot haar o-zo karakteristieke sound te komen. Hierbij maakt ze bijvoorbeeld veelal gebruik van een autoharp, op zo’n manier dat het soms bijna klinkt als elektrische gitaar (inclusief distortion). Verder speelde ze zelf veel instrumenten in: keyboard, viool, xylofoon, klarinet, trompet, double bass, piano en banjo. Giuliano op zijn beurt zorgde voor de drums, percussie en achtergrondzang. Het album is in Barcelona opgenomen en in Parijs gemixt door Yann Arnaud (werkte eerder met Air, Phoenix, Cibelle etc).