Edith Tamayo World, Mexico
Op jonge leeftijd was Edith Tamayo al bezig met muziek en liedjes schrijven. Op haar 17e kreeg ze een muziekbeurs voor de Hogeschool van de Kunsten in Mexico City. Ze vervolgde haar studie op de muziekschool van Helsingborg (Zweden) en begon aan een studie klassieke zang. In 2008 begon ze haar eigen groep "Latincacao" en een jaar later werd ze al genomineerd voor een Deense Worldmusic Award voor haar compositie "Patita Salada". Haar debuutalbum met de gelijknamige titel kwam in 2010 uit.
Edith Olga Sahagún Tamayo (1972) werd in Culiacan Sinaloa (Mexico) geboren. Vanaf haar vroegste kindertijd hoorde Edith over de Mexicaanse revolutie, samen met de ontelbare levendige verhalen en legendes over geesten en verloren zielen. Verteld door haar grootmoeder Carlota die haar hele leven op de kleine ranch van El Beco woonde, aan de voet van de rotsige bergen van Peñascote. Tijdens de revolutie (vertelt de legende) werden daar dertig muildieren bepakt met zilver en goud in de rotsspleet gegooid. Die verhalen pasten perfect bij de volksmuziek waar Edith mee opgroeide. De typische Sinaloa sound van trompetten, klarinetten en tuba’s, de accordeon dansmuziek van het Noorden van Mexico – de polka’s en schottisches en de lange verhalende liedjes, de zogenaamde "Corridos".
Al op jonge leeftijd schreef ze haar eerste gedichten en liedjes. Op dertienjarige leeftijd begon ze op te treden voor publiek en was o.a. te zien op festivals. Ze won regelmatig prijzen en was te zien in verschillende radio en tv- programma’s. De zestienjarige Edith deed een auditie voor dirigent Enrique Patrón de Rueda, de artistiek directeur van een cultureel festival in Sinaloa. Onder de indruk van haar talent, boekte hij haar voor het festival, samen met vele grote namen in de Latin muziek, zoals Celia Cruz en Fernando de la Mora. Vlak daarna toerde ze door het hele land en zong boleros, huapangos en rancheras. Aan het eind van het festival kreeg Edith een uitnodiging van Lola Beltrán om met haar te zingen voor een publiek van meer dan 10.000 mensen.
Toen Edith 17 was kreeg ze een muziekbeurs voor de Hogeschool van de Kunsten in Mexico City. Daarna droomde ze ervan om naar Europa te verhuizen in de hoop er werk te vinden in de grote theaters van Italië en Spanje. In plaats daarvan kwam ze op de muziekschool van Helsingborg (Zweden) terecht en begon aan een studie klassieke zang. Na een paar jaar ging Edith terug en kreeg een baan bij het kamerkoor van de Opera in Mexico City. Verwarrende en pijnlijke jaren voor Edith, ook omdat ze haar geliefde folkliedjes in de steek liet. Nu zegt ze dat het een periode van persoonlijke en artistieke verandering was en ze bleef hopen op een tweede kans. In 2002 was het zover, ze ging terug naar Zweden, hervatte haar studie aan het conservatorium en pakte haar eerste liefde, de folk muziek, weer op. In 2008 begon ze haar eigen groep “Latincacao” en een jaar later werd ze al genomineerd voor een Deense Worldmusic Award voor haar compositie “Patita Salada”.